Omschrijving |
: |
Detector om centrum laserspot te bepalen |
Art.nr. |
: |
4210 |
Verpakt per |
: |
1 |
|
De MOUS-laserdetector wordt gebruikt bij het oploden van mouspunten en het stellen van klimbekistingen met een oploodlaser.
Met de laserdetector bent u in staat om het centrum van een laserstraal te bepalen met een nauwkeurigheid van enkele tienden van een millimeter. Hiermee neemt u de onzekerheid weg die u heeft bij het meten met een laser en een 'visueel' oploodrichtmerk.
Technische gegevens
|
Behuizing |
: |
Zwart geanodiseerd aluminium. Aan de onderzijde worden de fotocellen beschermd door een krasbestendig glazen filter. Aan de bovenzijde ziet u de richting-aangevende LEDS achter een rood perspex venster.
|
Elektronica |
: |
De laserstraal wordt gedetecteerd door 4 grote fotocellen in de onderzijde van de behuizing. De opgewekte energie wordt verwerkt in een microprocessor die - na een groot aantal metingen te hebben gemiddeld waardoor trillingen minder invloed hebben op de metingen - de 'richting LEDS' laat branden die u naar een juiste centrering leiden. Deze 'richting LEDS' gaan over van knipperend naar continu branden als de laserstraal in de buurt van het centrum van de fotocellen komt. De centrale LED gaat CONTINU branden als de detector - binnen de gekozen gevoeligheidsgrenzen - gecentreerd is in de laserstraal.
|
Voor welk Laserlicht? |
: |
De detector is geschikt om gebruikt te worden met alle lasers met zichtbaar rood licht of met onzichtbaar infrarood licht. |
Nauwkeurigheid |
: |
Direct na inschakeling - door de draaiknop voorbij de 'aan-uit-klik te draaien - is de gevoeligheid van de detector ca. +/- 2 millimeter bij de PLL3 en +/- 5 mm bij de PLL2; door de knop volledig rechtsom te draaien wordt de gevoeligste stand bereikt van +/- 0.5 millimeter of beter. De gevoeligheid is afhankelijk van het vermogen van het laserlicht en dus ook van de afstand tussen lasser en detector. Stel proefondervindelijk vast welke gevoeligheidsinstelling voor u het meest geschikt is.
|
Controle |
: |
Controleer de detector door deze in de kruisgeleider te centreren in de gevoeligste stand. Verdraai de detector vervolgens een halve slag. Verplaats de detector tot deze opnieuw gecentreerd staat. Gebruik de busjes op de assen van de kruisgeleider om af te lezen hoe groot de verplaatsing is geweest. De afwijking mag niet meer bedragen dan 0.5 mm.
|
Voeding |
: |
Intern 9 volts batterij, bij voorkeur een alkaline exemplaar. De batterij is bereikbaar door de twee schroeven aan de bovenzijde van de detector los te draaien. Een volle alkalinebatterij levert voldoende energie voor tenminste 4 uur continu werken.
|
Dimensies |
: |
Grootste diameter Ø 68 mm, hoogte 120 mm. Gewicht inclusief batterij: 420 gram. |
Garantie: 12 maanden.
|
|
Toepassing |
: |
Oploden naar verdiepingsvloeren Klimbekistingen Meet Systeem |